Op zondag 26 november 2023 zullen koor en orkest van de Asser Bach Cantategroep o.l.v. Marion Bluthard Cantate BWV 131 ‘Aus der Tiefen rufe ich, Herr, zu dir’ ten gehore brengen.

Cantate 131 is waarschijnlijk de oudst bewaard gebleven cantate van Bach. De cantate werd gecomponeerd in het jaar 1707 in Mühlhausen toen Bach 22 jaar was. De cantate was geschreven op verzoek van Ds. Eilmar van de Marienkirche. Deze was op dat moment niet zijn werkgever, maar de dominee was blijkbaar een goede vriend van Bach, aangezien hij later ook peetvader werd van een van Bachs kinderen.
Bach waagde zich in deze tijd voor het eerst aan vocale kerkmuziek en dat deed hij dan ook nog netjes in de traditie van zijn zeventiende-eeuwse collega’s. De cantate is dus duidelijk anders als zijn latere cantates; de delen lopen in elkaar door, recitatieven zijn er nog niet en het koor heeft een groter aandeel. Pas later werd Bach meer beïnvloed door Italiaanse componisten en kwamen er combinaties van recitatieven en aria’s. Eigenlijk werden deze stukken toen nog niet eens ‘cantate’ genoemd, maar heetten ze ‘motetto’, ‘concerto’ of ‘Kirchenstück’.
De tekst van de cantate is het gehele Psalm 130 in de vertaling van Luther. Bach vlecht er twee coupletten van een lied van Bartholomäus Ringwaldt doorheen: ‘Herr Jesu Christ, du hochstes Gut’.
Het begint met diepe ellende waarbij het koor zingt:
Uit de diepten roep ik, Heer, tot u.
Heer, hoor mijn stem: laat uwe oren de stem van mijn smeken opmerken
Dit begint traag en in mineur en de stemmen gaan bij het woord ‘Tiefe’ echt de diepte in. Het tempo gaat omhoog in het tweede gedeelte om het rusteloze smeken om Gods aandacht te verbeelden.
De cantate is symmetrisch van opzet met het koorstuk ‘Ich harre des Herrn’ als middelpunt. Hier slaat in de cantate de stemming om van ellende naar hoop.
De tenor zingt vervolgens in zijn aria:
Mijn ziel wacht op de Heer, van de ene morgenwake tot de andere.
In de muziek drukt het woord ‘wartet’ daarbij heel mooi uit dat wachten echt lang kan duren.
De cantate wordt afgesloten met een levendig en gecompliceerd koorstuk.

Het koor brengt tevens een stuk van Johann Hermann Schein (1586-1630). Schein was Thomascantor, dat wil zeggen, cantor van de Thomaskirche in Leipzig, van 1616 tot 1630. In het motet ‘Wende dich, Herr, und sei mir gnädig’ staan de verzen 16 – 18 van psalm 25 centraal: Wend U tot mij en wees mij genadig. Bevrijd mij uit mijn angsten en neem weg al mijn zonden.
Voorganger is Ds. Helene van Noord. Wietse Meinardi bespeelt het kistorgel en het hoofdorgel. Vocale solisten zijn: Gijsbert Westland, tenor, en Coert van den Berg, bas.
De toegang is gratis maar er is wel een uitgangscollectie die van harte wordt aanbevolen.
Adventskerk, zondag 26 november a.s., aanvang 16.00 uur.
U bent van harte welkom!